Zaterdag 27 april 2024
Twentesport

Schuin achter het doel

Geplaatst op 20 februari 2017 door   ·   Geen reacties

Bekijk hoofd- en/of bijzaken van het leven eens vanuit een andere invalshoek, zeggen de psychologen. Dat is verfrissend, dat brengt nieuwe inzichten, dat houdt de moed erin, zoiets.
Daarom neem ik bij Heracles-Excelsior eens niet de ingewikkelde route naar het dak alwaar de perstribune is gecreëerd, maar loop ik rechttoe rechtaan door de poort en ga schuin achter het doel op de tweede rij zitten op een metertje of vijf van de cornervlag.

Naast mij zit een vriendelijke zwartwitte fan met zijn dochter, achter mij zitten gelegenheidsfans. Ze gaan af en toe, zo hoor ik ze vertellen. Als het zo uitkomt. ‘Ik was benieuwd of Heracles dit seizoen nog in het rechterrijtje kan eindigen’, zegt een van hen. ‘Als ze winnen vandaag gaan ze een beetje omhoog, als ze verliezen een beetje omlaag. Eigenlijk is het vlees noch vis dit jaar’, concludeert hij alvast.

‘Ik ben een fan”, zegt mijn buurman, ‘maar ze moeten er wel wat voor doen, anders ben ik voor het eindsignaal weg.’ Hij vertelt dat Robin Gosens zijn favoriete speler is. ‘Want Robin verzaakt nooit. Hij doet er altijd alles aan om de wedstrijd te winnen. Dat mag ik zo graag zien.’
Een zeer brede man die met het geld van de kapper op zak loopt, komt voor ons staan met een shaggie op de onderlip en een biertje in de hand om uitvoerig te melden dat Heracles vandaag aan een opmars begint naar de bovenste 6. Leuk, maar wij zien dertig seconden niks.

Zo beleven we de wedstrijd. We zitten goed daar schuin achter het doel. In de eerste helft speelt het spel zich vooral voor onze neuzen af, omdat Heracles zich terug laat drukken door de Rotterdammers.  We zijn het erover eens dat het een zwakke partij is. Excelsior krijgt van de thuisclub de vrijheid om aan te vallen. En we zien fouten, veel fouten. Dus wordt er gebromd. Op Castro die geen baas is in zijn eigen doelgebied, op Pelupessy en Van Ooijen die de bal een paar keer in de voeten van een Rotterdammer plaatsen, op de ballenjongens die regelmatig twee ballen tegelijk het veld in gooien. ‘Zal deze keer wel een G-team zijn’, zegt achter ons een grappenmaker nogal denigrerend. Later hoor ik dat het heel aardige jongens van SDOL zijn. De jongens uit Luttenberg moeten even wennen aan hun gewichtige taak, dat is duidelijk.

De rode kaart van Mattheij helpt Heracles. Kuwas maakt de 1-0, iedereen gaat staan, het yalalala-gezang bereikt voor het eerst deze avond een stevig volume en tientallen fans van de harde kern achter dit doel zoeken nu al de uitgang op ten behoeve van plaspauzes en bier of andere versnaperingen.

In de rust analyseren mijn buurman en ik de eerste helft. Slap. Ze pakken niet door. Als dat maar goed gaat. Dat zijn de kernwoorden. ‘Maar’, zegt hij, ‘zo meteen komen ze op ons af. Richting de harde kern, spelen ze altijd beter.’

In de tweede helft zien we hoe de zwartwitten inderdaad met hernieuwd elan op ons afkomen. Regelmatig vliegt de meute om mij heen omhoog – ik vlieg vanzelf mee – omdat er een doelpunt dreigt te vallen. Drie keer is het echt raak. Bruns scoort en reageert heftig in de richting van de harde kern in het vak naast ons – hij had dit seizoen het net nog niet gevonden – om vervolgens als een ware spelverdeler met strakke passes te strooien naar de aanvallers voor hem. Eén zo’n bal bereikt Mike te Wierik die in de tweede helft als veredelde rechtsbuiten optreedt.  Hij scoort fraai. Het doet me deugd, want we zijn van dezelfde moedervereniging (WVV’34 dus).
Peterson maakt 4-0 uit een bekeken voorzet van kansenmisser Armenteros. Het kan niet altijd feest zijn voor hem, maar een secure assist geven, is ook mooi.

Mijn buurman bleef vanzelfsprekend de hele wedstrijd zitten.
Nog meer conclusies:
Door de dikke zege kan Heracles inderdaad in het linker rijtje eindigen.
Ze voetballen beter richting harde kern.
En ook de psychologen hebben gelijk: verandering van spijs doet eten. Het was best gezellig daar schuin achter het doel.

 

 

Delen is sportief

Reacties (0)




Archief