Dinsdag 30 april 2024
Twentesport

Voor het zingen

Geplaatst op 15 november 2017 door   ·   Geen reacties

Is zingen sport? Een ridicule vraag zo op het oog. Nadere beschouwing leert evenwel, dat zingen wel degelijk sport is. Het voldoet immers aan het vereiste dat er sprake is van een fysieke inspanning. Vooral lange zinnen, flinke uithalen en hoge Cees vragen veel adem en dragen dientengevolge bij aan de conditie. Voorts is er sprake is van competitie. In koorverband zijn er bijeenkomsten – wedstrijden eigenlijk – waar koren wedijveren en er prijzen te verdelen zijn.

Hoewel het voorgaande suggereert dat een fanatiek koorlid jong en competitief ingesteld is, komt daar in praktijk niets van terecht. Daar heb ik mij namelijk zelf van kunnen overtuigen. Onlangs bezochten de eega en ik een bijeenkomst van Russische koren. Hoewel dat suggereert dat men uit het land van Poetin was afgereisd om hier onverstaanbare liederen ten gehore te brengen, ging het nota bene om Almelose koren. Maar vooruit: de vrouwelijke dirigenten – of is het: dirigentes – waren zo Russisch als borsjt. Het ene koor bestond uit dames en het andere betrof een mannenkoor.

Het nadeel van Russische liederen is, dan men over onbegrijpelijke zaken zingt, waarbij niet uitgesloten is dat men bijvoorbeeld het gehoor monter beschimpt of pornografisch getinte, boertige gezangen ten gehore brengt. Het programmaboekje vermeldde gelukkig wat er met hoge uithalen uitgesproken, als “sjorstakovskilopopoklik” en zo klinkende bewoordingen, bedoeld werd. Het ging dan bijvoorbeeld om een onder armlastige omstandigheden werkzaam herderinnetje met zelfgemaakt schoeisel, dat wekelijks haar vrijer bezocht, en aldus haar schoentjes versleet. Met bebloede voetjes baande ze moeizaam haar weg door de sneeuw en bezocht ze steeds haar kennelijk gemakzuchtige minnaar, die heimelijk vooste met een ander. De fielt. De Russische ziel viel er onmiddellijk uit te herkennen.

Wat de kwaliteit van het zingen betreft: laat ik voorop stellen dat ik er geen verstand van heb. En dat het zo maar kan zijn dat het hoort dat die ene mevrouw overal bovenuit galmde. Niettemin: in de Grote Kerk in Almelo klonk het geheel prachtig. Op de keper beschouwd een mirakel, want de gemiddelde leeftijd suggereerde dat men de koorleden in bejaardenhuizen geronseld had. Dat was ook het geval bij de kalende dan wel zeer grijze mannen, die ons echter van de sokken bliezen met hun sonore, diepe basgeluid: als een bronstige beer, die ons vanuit een diepe put toe bromde. Geweldig!

De mannen, die op een zeker moment in een olijke en hevig blauwe Russische kiel gestoken waren, werden op het einde gevoegd bij het vrouwenkoor. Of omgekeerd: daar wil ik afwezen. Het alom bekende “kakalin, kakalin, kakalin de kamaja”, of iets dergelijks, werd bij wijze van toegift ingezet. De hele stampvolle kerk joelde mee, wat de kwaliteit niet maar de stemming wel ten goede kwam.

En al weten wij bij God niet wat men met een kakalin kan uitrichten, het was een prachtige afsluiting van een sportieve middag.

Erik Endlich

Delen is sportief

Reacties (0)




Archief