Zondag 19 mei 2024
Twentesport

Obeesatleet

Geplaatst op 23 juni 2020 door   ·   1 Reactie

Medecolumnist Theo de Rooij werd onlangs geïnterviewd en dat leverde een aardig stuk in de regionale krant op. Theo brak een lans voor de kinderen die – in mijn eigen bewoordingen – met name in deze regio dikwijls aan de dikke kant zijn. Sport, meer bewegen eigenlijk, is, aldus Theo, goed voor kinderen in het algemeen en deze flinke kinderen in het bijzonder.Mee eens. Kinderen moeten sporten. Dan smelt als het ware het overdadige vet, voor zover aanwezig, en hebben wij gezonde koters.

Dat is een loffelijk streven en het zal ongetwijfeld voor een deel resultaat hebben. Maar dikke kinderen hebben niet altijd zin in sport. Bang misschien om achteraan te lopen, vrees voor pesterijtjes, ze voelen zich niet senang in een weinig verhullend shortje en hemdje. Ik heb jaren atletiektraining gegeven aan pupilletjes. Onlangs kwam ik een foto tegen: 27 kindertjes rond mijn persoon. Een jaargang met een grote groep atleetjes. Een nadere bestudering leerde, dat het allemaal magere tot graatmagere pupillen waren. Niet, omdat de flinke jongens en meisjes zich de kilo’s van het lijf hadden getraind, maar omdat zij zich nimmer gemeld hadden. Dat weet ik zeker.

Jammer is dat wel. Er is namelijk een sterke behoefte aan jongens en meisjes die wat in de mouwtjes hebben. Zoals ik eerder opmerkte, komen de vetloze kiddo’s naar atletiek om te rennen en eventueel te springen. Dan is gebrek aan gewicht een pré. Maar atletiek is meer dan dat. Je hebt namelijk de werpnummers. Dat kunnen lopers en springers doorgaans niet. Kogels vallen in het gunstige geval juist voor de voeten van de schriele stoter, een discus dwarrelt slechts anderhalve meter ver, een speer valt plat neer en levert geen score op.

Dat kost tijdens de competitie een hoop punten. Alle atletiekclubs kennen dat probleem. Ontstaan door het misverstand dat atletiek niets voor zware personen is. Die doorgaans behoorlijk sterk zijn, gewend immers om als het ware een extra mud aardappelen mee te sjouwen. Denk overigens niet, dat vet een pré is. Neen: het gaat om massa en kracht. Want bedenk, dat de imposante stoters en werpers van het internationale podium allemaal “droog” zijn, dus enorm sterk en snel (geen topwerper die niet onder de 12 seconden de 100m loopt) maar meestal minder vet hebben dan een gemiddeld mager mens.

Met andere woorden, beste corpulenten, loop naar de dichtstbijzijnde atletiekvereniging, vraag naar kogels, disci en speren en laat je uitleggen hoe je die spullen zover mogelijk van je af kunt gooien. Je zult versteld staan waartoe je in staat bent.

Fietsen kan ook hoor. Theo heet je vast welkom en zeker, het is een gezonde beweging. Maar met die biceps doe je weinig op een racefiets. En met een fiets smijten is geen officieel onderdeel.
Daarom beste obees: kom van de bank en ga naar een atletiekvereniging. Tot snel!

Erik Endlich

Delen is sportief

Reacties (1)

  1. Theo says:

    Mijn lans voor atletiek zou snel breken, die lat ligt voor mij te hoog, ik loop wel 😉 Overigens was het geen interview maar een zelf geschreven opinie. Ik maak deel uit van het vaste opiniepanel van de Tubantiarubriek Het Laatste Woord. Keep moving!




Archief